Zoals in het verslag van Martin Koolhoven viel te lezen was de SKS-jeugd tamelijk succesvol tijdens de jeugdkampioenschappen van de Zeeuwse schaakbond. Niet alleen werden er 4 SKS-ers kampioen, ook plaatsten zich 2 anderen nog met een 2e en 3e plaats voor deelname aan het Nederlands kampioenschap.

Bij de jongere categorieën kom je in de opening een heel eind met de “gouden regels” die de kinderen uit de Stappenplan-boeken leren: pion in het centrum, stukken ontwikkelen en rokeren, maar bij de oudere jeugd zie je dat deze simpele benadering niet meer genoeg is. Hier duikt bijna iedereen in meer of mindere mate in de openingsboeken in een poging de tegenstander al in het begin van de partij te vloeren of om juist de eerste zetten zonder kleerscheuren door te komen.

Bij de B-jeugd was het kampioenschap een heuse tweekamp tussen onze Xander Joosse en Fardin Hematyar van Landau/Axel. Vooraf zagen velen Fardin als de favoriet. Niet alleen heeft hij een hogere rating dan Xander, maar hij had ook net in de Kerstvakantie in Frankrijk een schaaktoernooi gewonnen wat hem naast een sloot ratingpunten en een zak met euro's ongetwijfeld ook het nodige zelfvertrouwen had opgeleverd. Daartegenover staat dat iedereen die regelmatig op onze clubavond aanwezig is, ziet dat Xander ook flinke stappen maakt: de partijopbouw is dik in orde en ook tactisch is hij bepaald niet slecht. Hij speelt intussen al een stuk rustiger dan een jaar geleden, ook al kosten haastige zetten nog steeds af en toe onnodig punten.

In de eerste partij bleek dat Xander enige studie had besteed aan de verrassende beginzet 1. b3. Ook al kwam zijn tegenstander de eerste 10 zetten prima door, toch bleek deze opening een prima keuze. Het helpt namelijk al heel veel als je weet welke plannen er in een bepaalde opening mogelijk zijn. Fardin wist dat niet en verloor langzaam maar zeker zijn grip op de stelling. Na een lang eindspel won Xander de partij.

In de tweede partij was het de beurt aan Fardin om zijn tegenstander te verrassen.

Laura was vastbesloten om zich bij de C's voor de 5e keer op rij te plaatsen voor een NK. Een plek bij de eerste twee op het Zeeuws Kampioenschap was daarvoor genoeg, maar dat was zeker geen makkelijke taak. Nina de Putter van Terneuzen en Martijn Schelleman van Landau/Axel waren geduchte concurrenten. Ook Laura verdiepte zich voorafgaand aan het toernooi wat meer in de schaakopeningen, maar direct succes had dat niet. Op de eerste dag bereikte ze zowel tegen Martijn als tegen Nina prettige stellingen, maar beide partijen werden toch nog verloren.

Nina won vervolgens ook nog van Martijn, dus wilde Laura nog een kans houden dan moest ze in elk geval op de 2e speeldag haar zwartpartij tegen Martijn winnen. Wat de uitdaging extra groot maakte was het feit dat hoewel Martijn en Laura gezien hun ratings ongeveer van gelijke sterkte zijn, de onderlinge score ver in het voordeel van Martijn was. Weer werden de schaakboeken uit de kast gehaald en werd een openingsvariant gekozen waarin het alles of niets is. De superscherpe Drakenvariant van het Siciliaans werd door beide spelers redelijk goed gespeeld, maar net toen eigenlijk Laura een mindere zet had gedaan bleek hoe verraderlijk deze opening is en hoeveel voordeel je ervan kan hebben als je al eens een aantal trucjes hebt gezien die in deze opening voorkomen. Martijn ging in de fout en stond in één klap totaal verloren.

De hele partij ging als volgt:

Hierna won Laura nog een niet bepaald vlekkeloze partij tegen outsider Kim de Jong, waarna ze met een korte remise tegen Nina de Putter de deelname aan het volgende NK veiligstelde.