R. Tiggelman
A. Bruschke - R. Tiggelman Noteboom 2025
SLECHT
Tijdens een schaakpartij probeer ik mijzelf soms naar een hoger plan te tillen door bijvoorbeeld in een puur positionele stelling te denken: wat zou een Karpov hier spelen of een Carlsen? Of in een scherpe aanvalspartij: wat zou Kasparov hier doen, of Tal? Wanneer er stug verdedigd moet worden zoek ik eerder steun bij Lasker, Karjakin of zelfs Ding die in de laatste WK-match bij vlagen ook over bovenmenselijke verdedigingskunsten leek te beschikken. Bij bijna elk type stelling heb je zo de keuze uit een handvol spelers om een voorbeeld aan te nemen. Behalve als je hopeloos verloren staat, dan kan er slechts één inspiratiebron zijn.
Bovenstaande stelling kreeg ik dit weekend met zwart op het bord in het Leidse Noteboomtoernooi. Maak u geen illusies, na een uitglijder in de opening staat zwart al zo’n zet of twintig niet zomaar slecht maar eigenlijk totaal verloren. De situatie is zelfs compleet hopeloos tenzij…. Tenzij je juist op tijd je innerlijke Hekhuis weet te vinden! Ik laat de lezer er zelf even op kauwen.
B. de Boer - R. Tiggelman Noteboom 2025
SLECHTER
Ook in een andere partij had ik een senior moment in de opening, maar daar liep het al snel met een sisser af omdat mijn tegenstander niet vol op de aanval speelde, maar afwikkelde naar een eindspel waarvan hij dacht dat het heel gunstig was omdat de zwarte loper veel slechter zou zijn dan de witte. Daar klopt niets van! Bovenstaande stelling is volledig in evenwicht en als er al iemand moet oppassen is het wit (ja, echt!). Ik zou het eigenlijk niet moeten verklappen zolang ik nog regelmatig deze opening speel, maar goede loper versus slechte loper stelt in de Stonewall zo goed als niets voor. Een eindspel van goed paard tegen slechte loper, ja dan kan je met zwart net zo goed gelijk de koning omleggen. Maar twee lopers? Negen van de tien keer niets aan de hand! In een puur lopereindspel blijkt meestal dat de witte koning nergens kan binnenkomen, staan er zoals in deze partij ook nog dames op het bord dan zit er vanwege de open positie van de witte koning altijd wel ergens een eeuwigschaakvariant verstopt. 1..., h6 of 1..., g6 zou de koningsstelling iets verzwakken, maar zwart kan h7 ook verdedigen zonder een pion op te spelen 1.., Tf8! 2. Txf8, Dxf8 3. Kg2, .. Voor wie zijn eerste koffie nog moet drinken: 3. Lxh7?, Df1 is mat.
3. .., dxc4! Nee, niet een winnende zet maar het brengt wel wat meer venijn in de stelling. De dame activeren met 3. .., De7 was een andere mogelijkheid om h7 indirect te dekken: 4. Lxh7?, Dg5+ 5. Kh1, c5 loopt verkeerd af voor wit. 4. Lxc4, c5 5. Ld3??, Lc6+
Wat nou slechtere loper??? Wit had de stelling gelijk kunnen houden met de “griezelige” zet 5. De4. Na 5. .., Lc6 heeft wit dan 6. d5! En na 5. .., cxd4 zou 6. Db7, dxe3 7. Dxd7, Df2+ 8. Kh1, Df3+, Kg1, Df2+ een mogelijk slot zijn geweest. 5. Ld3 was fikse een blunder. Wit dacht hier met 6. Le4 het schaak te kunnen opheffen, maar zag nog net op tijd 6.., Df5!! 6. Kg1!?, … Tijdens de partij dacht ik dat dit nog een blunder was, maar volgens de computer was het alternatief 6. e4, cxd4 net zo slecht voor wit. 6. .., Df3 7. dxc5, Dh1+ 8. Kf2, Dxh2+ 9. Ke1, Dxe5
Zwart staat intussen zo gewonnen dat ik me in dit geval niet hoefde af te vragen hoe een Giri of Anand het hier zouden spelen. Dit kon ik op eigen kracht wel af. Zonder dat wit ook maar enige tegenkans kreeg bereikten we de volgende stelling. Na 1. .., h3+ 2. Kg1, h2+ was de partij voorbij. De witte koning kan de dame niet blijven dekken en na 3. Dxh2, Df1 is het mat.
SLECHTST
Hoog tijd om terug te keren naar het eerste diagram. Plaats uzelf achter de zwarte stukken, aanschouw de puinhopen van de zwarte stelling nog een keer en stel uzelf dan de vraag: wat zou Jeroen Hekhuis hier spelen? Het kan zijn dat u het moeilijk vindt om u te verplaatsen in deze boomlange schaakgoochelaar. Een flesje Hertog Jan kan dan helpen. Graaf diep, als ik het kan dan lukt het u ook vast. Langzaam borrelde er iets omhoog….: 1. .., Td8!!? Een belangrijk deel van een geslaagde truc is aanvoelen wat de tegenstander wil en indien mogelijk hem daarbij zelfs een beetje aan te moedigen. 2. Pdf5?? Zo ongeveer de slechtst mogelijke zet. De computerevaluatie verspringt van +7 naar -7, alsof wit in één zet anderhalve dame weggeeft. 2. …, Pxf5! Het enthousiasme waarmee ik het paard van het bord af mepte zorgde ervoor dat mijn tegenstander 5 van zijn 10 resterende minuten bedenktijd gebruikte, waarbij hij steeds moeilijker ging kijken. Uiteindelijk sloeg hij niet terug op f5, maar met een stuk minder verloor hij vervolgens kansloos. Waarschijnlijk had hij geen trek in een grinnikende groep schaakhyena’s rond het bord na 3. Pxf5, Txf5! 4. Dxf5, Dxe2!!